SCAN. Malware-scan

Start de taak Malware-scan.

Syntaxis van opdracht

SCAN [<scanbereik>] [<actie bij detectie van een dreiging>] [<bestandstypen>] [<scanuitzonderingen>] [/R[A]:<rapportbestand>] [<scantechnologieën>] [/C:<bestand met scaninstellingen>]

Scanbereik

 

<te scannen bestanden>

Een lijst met bestanden en mappen, gescheiden door spaties. Lange paden moeten tussen aanhalingstekens staan. Korte paden (MS-DOS-structuur) moet niet tussen aanhalingstekens staan. Bijvoorbeeld:

  • "C:\Program Files (x86)\Voorbeeldmap" – lang pad.
  • C:\PROGRA~2\EXAMPL~1 – kort pad.

/ALL

Start de taak Volledige Scan. Kaspersky Endpoint Security scant de volgende objecten:

  • Kernelgeheugen;
  • Objecten die bij de opstart van het besturingssysteem worden geladen
  • Opstartsectoren;
  • Back-up van het besturingssysteem
  • Alle harde en verwisselbare schijven

/MEMORY

Scan het kernelgeheugen

/STARTUP

Scan de objecten die bij de opstart van het besturingssysteem worden geladen

/MAIL

Scan de Outlook-mailbox

/REMDRIVES

Scan verwisselbare schijven.

/FIXDRIVES

Scan harde schijven.

/NETDRIVES

Scan netwerkschijven.

/QUARANTINE

Scan de bestanden in Back-up van Kaspersky Endpoint Security.

/@:<bestandslijst.lst>

Scan de bestanden en mappen uit een lijst. Elk bestand in de lijst moet in een nieuwe rij staan. Lange paden moeten tussen aanhalingstekens staan. Korte paden (MS-DOS-structuur) moet niet tussen aanhalingstekens staan. Bijvoorbeeld:

  • "C:\Program Files (x86)\Voorbeeldmap" – lang pad.
  • C:\PROGRA~2\EXAMPL~1 – kort pad.

Actie bij detectie van een dreiging

 

/i0

Melden. Als deze optie is geselecteerd, voegt Kaspersky Endpoint Security de informatie over geïnfecteerde bestanden toe aan de lijst met actieve dreigingen wanneer deze bestanden worden gedetecteerd.

/i1

Desinfecteren of blokkeren als desinfectie mislukt. Als deze optie is geselecteerd, probeert Kaspersky Endpoint Security automatisch om alle gevonden geïnfecteerde bestanden te desinfecteren. Als geen desinfectie mogelijk is, voegt Kaspersky Endpoint Security de informatie over de gevonden geïnfecteerde bestanden toe aan de lijst met actieve dreigingen.

/i2

Desinfecteren of verwijderen als desinfectie mislukt. Als deze optie is geselecteerd, probeert het programma automatisch om alle gevonden geïnfecteerde bestanden te desinfecteren. Mocht de desinfectie mislukken, dan worden de bestanden door het programma verwijderd.

Deze actie is standaard geselecteerd.

/i3

Gedetecteerde geïnfecteerde bestanden verwijderen. Als de desinfectie mislukt, worden de geïnfecteerde bestanden verwijderd. Ook samengestelde bestanden (bijvoorbeeld archieven) worden verwijderd als het geïnfecteerde bestand niet kan worden gedesinfecteerd of verwijderd.

/i4

Geïnfecteerde bestanden verwijderen. Ook samengestelde bestanden (bijvoorbeeld archieven) worden verwijderd als het geïnfecteerde bestand niet kan worden verwijderd.

Bestandstypes

 

/fe

Bestanden gescand op extensie. Als deze instelling is ingeschakeld, scant het programma alleen infecteerbare bestanden. De bestandsindeling wordt dan bepaald op basis van de bestandsextensie.

/fi

Bestanden gescand op indeling. Als deze instelling is ingeschakeld, scant het programma alleen infecteerbare bestanden. Alvorens een bestand te scannen op schadelijke code, wordt de interne header van het bestand geanalyseerd om de indeling van het bestand te bepalen (bijvoorbeeld .txt, .doc, of .exe). De scan zoekt ook naar bestanden met bepaalde bestandsextensies.

/fa

Alle bestanden. Als deze instelling is ingeschakeld, worden alle bestanden gecontroleerd door het programma, zonder uitzondering (alle indelingen en extensies).

Dit is de standaardinstelling.

Scanuitzonderingen

 

-e:a

Archieven met de indeling RAR, ARJ, ZIP, CAB, LHA, JAR en ICE worden niet gescand.

-e:b

E-maildatabases, inkomende en uitgaande e-mails worden niet gescand.

-e:<bestandsmasker>

Bestanden die overeenkomen met het bestandsmasker worden niet gescand. Bijvoorbeeld:

  • Het masker *.exe omvat alle paden naar bestanden met de EXE-extensie.
  • Het masker voorbeeld* omvat alle paden naar bestanden met de naam VOORBEELD.

-e:<seconden>

Bestanden waarvan de scan langer duurt dan de opgegeven tijdslimiet (in seconden) worden niet gescand.

-es:<megabyte>

Bestanden die groter zijn dan de opgegeven grootte (in megabyte) worden niet gescand.

Gebeurtenissen opslaan in een modus rapportbestand (alleen voor Scan-, Updater- en Rollback-profielen)

 

/R:<rapportbestand>

Sla alleen kritieke gebeurtenissen in het rapportbestand op.

/RA:<rapportbestand>

Sla alle gebeurtenissen in een rapportbestand op.

Scantechnologieën

 

/iChecker=on|off

Met deze technologie kan de scansnelheid toenemen door bepaalde bestanden uit te sluiten van de scan. Met behulp van een speciaal algoritme dat rekening houdt met de releasedatum van de Kaspersky Endpoint Security-databases, de datum waarop bestanden voor het laatst zijn gescand en eventuele wijzigingen in de scaninstellingen wordt bepaald welke bestanden niet worden gescand. De iChecker-technologie heeft enkele beperkingen: de technologie werkt niet met grote bestanden en is alleen van toepassing op objecten met een structuur die door het programma wordt herkend (bijvoorbeeld bestanden met de extensie EXE, DLL, LNK, TTF, INF, SYS, COM, CHM, ZIP en RAR).

/iSwift=on|off

Met deze technologie kan de scansnelheid toenemen door bepaalde bestanden uit te sluiten van de scan. Met behulp van een speciaal algoritme dat rekening houdt met de releasedatum van de Kaspersky Endpoint Security-databases, de datum waarop bestanden voor het laatst zijn gescand en eventuele wijzigingen in de scaninstellingen wordt bepaald welke bestanden niet worden gescand. De iSwift-technologie is een verbeterde versie van de iChecker-technologie voor het NTFS-bestandssysteem.

Geavanceerde instellingen

 

/C:<bestand met scaninstellingen>

Bestand met de instellingen van de taak Malware-scan. Het bestand moet handmatig worden aangemaakt en in de TXT-indeling worden opgeslagen. Het bestand kan de volgende inhoud hebben: [<scanbereik>] [<actie bij detectie van een dreiging>] [<bestandstypen>] [<scanuitzonderingen>] [/R[A]:<rapportbestand>] [<scantechnologieën>].

Voorbeeld:

avp.com SCAN /R:log.txt /MEMORY /STARTUP /MAIL "C:\Documents and Settings\All Users\My Documents" "C:\Program Files"

Raadpleeg ook:

Computer scannen

Scanbereik bewerken

Scan. Malware-scan

Werken met actieve dreigingen

Naar boven